zondag 26 januari 2014

De 3 kilometer van Flevonice

De afspraak was al een paar weken geleden gemaakt. Toch waren er deze week diverse mensen, die zich door alle regenbuien van de afgelopen week afvroegen, of het zin had om naar Biddinghuizen af te reizen. Een blik op buienradar gaf vrijdagmiddag aan, dat zondag bijna de hele dag droog zou zijn. Hetgeen klopte. Om een uur of 5 vanmorgen stopte het met regenen en pas om 5 uur vanmiddag zaten we bij Schiphol weer in de regen.
Qua temperaturen was het in Nederland trouwens een bizarre dag.

Tussen de westkust van Noord-Holland en de oostgrens van Groningen zat een verschil van bijna 14 graden. Het verschil tussen herfst en winter, getuige deze foto's, die ik van www.weerwoord.be heb geplukt.


Om kwart over 9 fietste ik naar de Vondellaan, waar we bij de Leidse IJshal verzamelden om naar Biddinghuizen te vertrekken. Met de auto van Edwin Minnee reisden Hen van den Haak, Jaap de Gorter, Hans Boers, Bauke Dooper en ik naar Flevonice, waar we voor € 15,- een toegangskaartje kochten.


Na in het restaurant koffie en warme chocolademelk gekocht te hebben, trokken we onder een waterig zonnetje om kwart over 11 onze kluunschaatsen aan. Na een rondje op de 400-meterbaan begonnen we aan de eerste ronde op de 3 kilometerbaan van Flevonice.
In een treintje van 6 man reden we 4 rondjes over stroef ogend, maar toch redelijk glijdend ijs. Het was niet al te druk, zodat we op de meeste stukken aardig door konden rijden. Hans en Bauke gingen in een rustiger tempo rijden, terwijl wij met zijn vieren nog 3 rondjes lekker doorkachelden.

Na 7 rondjes namen we onze eerste pauze. Bauke troffen we aan bij de tassen, maar Hans niet.

Na de pauze reden we als kwintet een drietal rondjes, waarna Bauke weer een rustig rondje ging rijden. Pas aan het eind van de vijfde ronde haalden we Hans in, die dus kilometerslang met een ander groepje voor ons uit had gereden.

Het schema voor de tweede helft van onze toertocht op Flevonice was, dat we met zijn zessen 3 rondjes reden, waarna Hans en Bauke de vierde ronde rustig reden, terwijl Edwin, Hen, Jaap en ik nog een vijfde ronde er aan vast plakte. Zo reden we door tot we aan de 22 rondjes kwamen. Wij maakten daarna de 25 vol, Hans en Bauke de 20. We waren om even over half 3 klaar met de na ongeveer 67 km schaatsplezier op het gezellige Flevonice. Dat is de afstand, die je aflegt na 10.538 slagen op het ijs.

De verandering van 5 kilometer naar 3 kilometer lijkt op het eerste oog een verarming, maar dat is het niet. Je reed een tweetal lange lussen extra, die verder niet zo veel toevoegden aan het idee, dat je een toertocht aan het rijden was. Door de verkorting van de baan was het ijs beter. Nergens zaten scheuren in het ijs! Je kon onbekommerd schaatsen in de winterzon.

Terwijl de bewolking langzaam maar zeker dikker werd, aten wij in de kantine van Flevonice een kop soep. De helft koos voor tomatensoep, de andere helft voor het winterse erwtensoep. Maar denk nu niet, dat zij een snertdag hebben gehad....
Hans Boers had zijn kluunschaatsen uit kunnen testen en hij was zeer tevreden over de aankoop van zijn Salomons.

Of we deze winter nog op natuurijs komen, daar is nog geen duidelijkheid over, maar de kans, dat we in februari nogmaals naar Flevonice gaan, is zeer groot. Ik kan het iedere toertochtschaatser in Nederland van harte aanbevelen.
Voor we weer naar Leiden afreisden, kochten Hans, Jaap en ik een balaklava met de opdruk van Flevonice voor € 1,50. Een koopje en een leuke herinnering aan een heerlijke schaatsdag.

Geen opmerkingen: