woensdag 20 maart 2013

"Wil Bert Breed het ijs verlaten...."

Gemiddeld doe ik één keer per jaar mee aan een schaatswedstrijd. Dat zijn meestal de clubkampioenschappen van de IJVL. Gisterenavond was het weer zo ver. Vanaf de Leidse IJshal vertrokken Andrea Landman, Jos Drabbels, Jaap de Gorter en ik met zijn vieren naar de kunstijsbaan van Haarlem.
Bij aankomst bleek, dat de jeugd nog druk bezig was met hun wedstrijden over de 100 en 300 meter, waarna er een dweilpauze zou komen. Na de 500 meter van de jeugd en nog een dweilpauze zouden wij pas aan de beurt komen.

De dames, die het eerst zouden starten, kregen toestemming om de inrijbaan te gebruiken. Dit leek Hans Post en mij een goed plan. Wij gingen ook inrijden, in navolging van de jonge mannelijke senioren.
Groot was mijn verbazing dan ook, toen na een paar rondjes schaatsen plotseling luid en duidelijk voor iedereen werd omgeroepen: "Wil Bert Breed het ijs verlaten...."
Nee, dat wilde Bert Breed niet. En al helemaal niet, toen Jaap de Gorter dit onzedelijke aanbod vanaf de kant van de baan mij nogmaals toevoegde. Ik bleef dus stoïcijns in een rustig tempo op techniek schaatsen. Alleen toen de Zamboni nogmaals op het ijs verscheen, verliet ik het spiegelgladde ijs om met Wim Slootweg en Hans Post herinneringen op te halen aan nog beter ijs: het natuurijs van de Wieden.
Daar Walter Boon voor het eerst van zijn leven onder de minuut dook en ook Jaap de Gorter en Andrea Landman een p.r. reden, had ik een goede hoop dat ik ook onder de 60 seconden zou blijven, ondanks de halve marathon, die ik zondag gelopen had. Hansjorg Ahrens en ik startten in het laatste paar. Bij Wereldkampioenschappen is dat voorbehouden aan de favorieten! We maakten er een spannende race van. Hansjorg won nipt met 1.00.28 om 1.00.74.
Er werd weer gedweild, waarna de 1500 meter voor begon. We zijn bij de IJVL netjes opgevoed, dus de dames mochten eerst.
Diverse p.r.'s sneuvelden. Jaap de Gorter haalde op de mijl maar liefst 6 seconden van zijn toptijd af en eindigde na 2.34.
Met Hansjorg wederom als mijn tegenstander mikte ik op een tijd onder de 3 minuten. Dat lukte niet. Maar de 3.02 betekende, dat de 1500 net zo vlak was gereden als de 500. Met 3 x 1.00.74 kom je immers uit op deze tijd. En dat op kluunschaatsen! Gekscherend zei ik tegen jurylid Martin Langbroek: "Dit waren 2 clubrecords op kabouterschaatsen".
En geheel in deze sfeer nam ik bij de gezellige prijsuitreiking het heerlijke La Chouffe.


Geen opmerkingen: