woensdag 2 mei 2012

Daarheen en weer terug


De ondertitel van "De Hobbit" van J.R.R. Tolkien luidt "Daarheen en weer terug". Dat was gisteren geheel van toepassing op de derde en laatste predroogtraining van 2012. In plaats van dat we gingen lopen, kozen we er voor om te gaan fietsen.

Er was nog een wijziging: waar we normaal om half 8 van start gingen, zouden we nu om 7 uur bij Wil Verbeij vertrekken. Zodoende vertrok ik een half uur eerder van mijn werk om me thuis meteen om te kleden. Het avondeten werd met enige spoed naar binnen gewerkt en om half 7 zat ik op de racefiets naar Jos Drabbels. Deze was echter niet thuis.
Ik fietste door naar Zoeterwoude, waar ik klokslag 7 uur aan kwam fietsen. Daar hoorde ik, dat we weer rechtsomkeer moesten maken naar de Stevenshof. Jos was net terug van een lang weekend Limburg en hij ging er van uit, dat we om half 8 zouden vertrekken. Na een kilometer of 18 fietsen was ik vlak bij huis. "Daarheen en weer terug".
Maar waar het eerste hoofdstuk van "De Hobbit" de titel meekreeg "Een onverwacht gezelschap", reed ik hier met de helft van de vriendengroep van de Zelfstedentocht van 11 februari.

Na kort beraad besloten we te gaan fietsen naar de bollen.

Zodoende reden we naar Katwijk over de weg, die ik twee uur eerder op weg naar huis gefietst had. Langs het voormalige vliegveld Valkenburg werd het echt wielrennen. We haalden een paar elektrische fietsen in en met Wil op kop ging de gashendel flink open. Ik viel een gat van een meter of 10 en dat kreeg ik niet meer dicht gereden. Integendeel, het gat werd steeds groter.
Gelukkig liet Hen van den Haak zich afzakken en bracht hij me terug naar de groep. Via Katwijk reden we in een iets rustiger tempo naar Noordwijkerhout en vandaar naar Voorhout. We kwamen langs een kleurig palet van tulpenvelden. Dat was genieten.
Vanaf Sassenheim fietsten we naar de Buitenkaag, waar we over de Ringvaart in twee groepjes naar Nieuwe Wetering reden. Jaap de Gorter, Wil Verbeij en Jos Drabbels wielrenden, Hen van den Haak en ik fietsten langs het water, waar we een klein kwartaal terug met veel plezier geschaatst hadden.

Waar ik met de 30 km van zondag nog in de benen nauwelijks boven de 30 uit kwam, reed de sneller groep met 42 als maximum. De 42 km staat voor mij echter pas op 20 mei op het programma.
Via Rijpwetering, Oud-Ade en Leiderdorp kwamen we terug in Zoeterwoude na een rondje van 52 km. Op het Molenpad zon hadden we al achter de wolken zien zakken, zoda Jos, Jaap en ik, na een gezellig afzakkertje, in het donker weer naar Leiden konden fietsen, waar de kilometerteller als dagstand 88 km aangaf. Er zijn dagen zat, dat ik het met minder moet doen.

Geen opmerkingen: