woensdag 10 november 2010

Pestvogels

Vorig jaar kreeg ik een puike wintervoorspelling op een presenteerblaadje aangereikt door Bas Schijff, weerman te Rijnsburg. Tot nu toe heeft hij zijn voorspelling voor de komende winter nog niet wereldkundig gemaakt, dus ga ik me zelf op het gladde ijs van de wintervoorspelling begeven. Allereerst wil ik daarbij het weer van het afgelopen jaar betrekken. We hebben zeer langdurig met de noordwestenwind te maken gehad. Dit heeft in de winter tot zeer veel sneeuw geleid. Maar er waren meer extreme trekken: tot juli was het veel te droog, maar in een paar maanden tijd is die "schade" intussen volledig ingelopen. Kortom, er is vooralsnog geen sprake van een "normaal" weerpatroon. De kans op extremen blijft dus aanwezig, ook in de winter van 2010-2011. En dan komt ineens een invasie van pestvogels: Op Terschelling stikt het al van de pestvogels. Vogelaar Arie Ouwerkerk telde een gigantische groep van 215 exemplaren. In deze tijd van het najaar is dit bijzonder, meldt vogelonderzoekbureau Sovon. De pestvogel is in Nederland een wintergast. Normaal gesproken laat hij zich pas later in het najaar massaal zien. Ook op Schiermonnikoog zijn exemplaren gezien. De landelijke teller staat inmiddels al op enkele duizenden. Pestvogelinvasies komen voor als er in de broedgebieden een tekort aan voedsel is. Anders blijven ze de hele winter in het noorden. Vroeger vreesde men dat de onvoorspelbare komst van deze mysterieuze, opvallende vogels, een voorbode van een pestepidemie of ander onheil was. Het dier heeft daar zijn naam aan te danken. Grote invasies met duizenden vogels vonden plaats in de winters 1965–1966 en 1995–1996. Of het dit jaar ook komt tot een grote invasie is nog niet te zeggen, maar de grote aantallen in oktober beloven veel goeds.

Als we kijken naar de bovengenoemde jaren, dan komen beide winters voor in de lijst met koude winters. In februari 1996, de koudste winter van de afgelopen 20 jaar, ging de Elfstedentocht, ondanks ijstransplantaties, op het laatste moment niet door. Maar 1966 komt ook voor in het lijstje met koudste perioden in voorbije winters, die is opgesteld door Cees van Zwieten, wiens website ik van harte kan aanbevelen. Daarbij staat 1966 boven de Elfstedentochtwinters van 1909 en 1912. Daarbij wil ik wel de kanttekening maken: dat kon door het geringe aantal deelnemers. In de huidige tijd zou het met die ijsdikte NOOIT zijn georganiseerd! Op internet trof ik verder dit hoopvolle bericht aan: Duitse weerkundigen verwachten opnieuw een ijskoude winter. Daarmee bevestigen ze eerdere voorspellingen van hun Britse collega's. De Duitse experts gaan zelfs nog een stapje verder en denken dat de winter nog strenger dan vorig jaar zal worden. Enkele dagen geleden waarschuwden weerkundigen uit Rusland en Polen voor een extreme koudegolf. Hun Duitse collega's bevestigen dat het land zich mag opmaken voor een ijskoude winter. Eerder hadden ook de Britten een gelijkaardige voorspelling gedaan. Het lijkt dus logisch dat ook de Lage Landen niet zullen ontsnappen aan de winterkou. Nu heeft Bas Schijff nog geen wintervoorspelling gedaan, maar in zijn op het Vogezen-systeem gebaseerde voorspelling voor 2010 valt dit voor december te lezen: In de eerste week zijn er sneeuwbuien mogelijk maar er zitten ook droge dagen bij waarin het in de nachten kan gaan vriezen. We krijgen dus gelijk met winterweer te maken. Ook in de 2e week blijft het vrij koud al zal het wel kwakkelen. De wind waait vaak uit het noorden en er zijn sneeuwbuien te verwachten. In de 3e week wordt het wat wisselvalliger al blijft het aan de koude winterse kant. Het zal dus nog steeds vallen en opstaan zijn met het winterweer. In de laatste week is de sneeuwkans ook vrij groot zodat een witte Kerst tot de mogelijkheden behoort. Na de Kerstdagen gaat het harder vriezen en krijgen we meer zon. Het wordt een te koude maand met vaak neerslag in de vorm van sneeuw. De hoeveelheid zon komt op een normaal peil uit en de hoeveelheid neerslag ook. In Nederland kent iedereen de uitdrukking: "De eerste klap is een daalder waard". Dat geldt zeker voor de winter. December zet vaak (maar niet altijd!) de toon voor de rest van de winter. Ondanks het broeikaseffect ben ik dus optimistisch over de komende winter!

Geen opmerkingen: