dinsdag 20 april 2010

Meedoen is belangrijker dan Winnen

Er waren zo'n 50 mannen en een handvol vrouwen afgekomen op een lezing in onze bibliotheek in Katwijk. Opmerkelijk, want meestal liggen de getallen precies omgekeerd.

Maar niet verbazingwekkend, als je weet, wie de spreker was: Peter Winnen, een zeer begenadigd wielrenner uit de jaren '80, die tot 2 keer toe de Touretappe naar Alpe d'Huez gewonnen heeft.

De lezing begon met videobeelden van de eerste winst in 1981, waarin debutant Winnen Bernard Hinault klopte op de flanken van deze Alpenreus, nota bene op Quartoze juliet, de nationale feestdag van La douce France. Er zijn mensen voor minder gekielhaald. Na afloop van deze etappe was deze sympatieke Limburger volledig geradbraakt en moest hij aan het infuus om vocht en voeding binnen te krijgen. De latere Nederlandse kampioen wielrennen noemde het: "Mijn ontgroening!"
Na het zien van de beelden las Winnen zijn verslag over deze glorieuze dag voor uit "Van Santander naar Santander", het eerste wielrenboek, dat hij heeft geschreven.

Het verhaal is smeuig beschreven en uiteraard kan ik iedereen aanraden om dit sportboek te gaan lezen.
Daarna volgden beelden van de etappewinst naar Morzine en zijn tweede triomf op de Alpe d'Huez, vergezeld met inside information uit de koers, die je normaal gesproken niet te horen krijgt. Met name onder de "patron" uit die jaren, Bernard Hinault, kregen we smeuige verhalen te horen. Hoe hij in de Catalaanse week al fietsend in zijn eentje een wegblokkade doorbrak, door er keihard doorheen te fietsen. Net als bij Obelix vlogen de demonstranten alle kanten op.

Of die keer, dat er een dopingcontrole was na het kermiscriterium in Carnac. De dag ervoor hadden veel Franse renners in Boxmeer de eerste kermiskoers na de Tour de France gereden, waarna ze per eigen auto 1200 km verder reisden om in Carnac de volgende middag aan de start te staan. Om wakker te blijven, gebruikten ze pepmiddelen. Kortom: wie zijn plas inleverde, was geheid positief. Hinault besliste: "Er is geen dopincontrole!" en niemand van de renners leverde zijn urine in!
Bernard Hinault deed trouwens in de Tour hetzelfde in zijn eentje, waar Lance Armstrong een hele ploeg voor nodig had!


In de pauze was ik gestationeerd bij de boekverkoop. Er werd behoorlijk wat verkocht. Buiten het al genoemde "Van Santander naar Santander" gingen ook "Pedaalridder: de beste verhalen" en "Windbreker en andere verhalen" als zoete broodjes over de toonbank, zodat de Limburgse coureur aardig wat handtekeningen mocht zetten.


Onder de kopers was ook de geblutste Dick van der Plas, die graag van Peter Winnen had gehoord, hoe je op je fiets kunt blijven zitten....
Na de pauze beantwoordde de oud-coureur vragen. Een aantal vragen werd beantwoord, waarbij ik deze er uit wil lichten: Paul Verkerk wilde weten, hoe Peter Winnen zo snel aan de top had weten te komen. Typisch de vraag van een mentale coach, die met minimale inspanning tot een maximaal resultaat wil komen.
Winnen was in Ysselsteyn begonnen als voetballer. Meer sporten waren er in die tijd eigenlijk niet. Zijn ouders keken vaak naar de Vlaamse televisie, waarop veel Belgische wedstrijden werden uitgezonden. Zo werd hij door het wielervirus besmet en op 10-jarige leeftijd wist hij: "Dat wil ik!" Op zijn 13e jaar begon hij bij een Noord-Limburgse club wedstrijdjes van 20 km te rijden en van lieverlee werden de wedstrijden langer.
Als Limburger had hij het geluk, dat hij veel wedstrijden in Zuid-Limburg mocht rijden, waar zijn klimtalent zich kon ontwikkelen. Stapje voor stapje kwam hij, naast zijn studie aan de Pedagogische Academie, hogerop. Zo kwam hij ook in de nationale amateurselectie onder leiding van Rini Wagtmans en reed hij de Vredeskoers, in die tijd de Oosteuropese tegenhanger van de Tour de France, waarin hij verdienstelijk tweede werd.

Ook nam hij deel aan de Olympische Spelen in Moskou in 1980. Er was dus in ieder geval één deelnemer, die zich niet kon vinden in het Olympische motto: "Deelnemen is belangrijker dan Winnen!"
Meteen na de Spelen werd hij prof bij IJsboerke, met de befaamde Walter Godefroot als ploegleider. IJsboerke had geen budget meer, om hem te betalen, maar geen nood: materiaalsponsor Koga Miyata nam hem in dienst als monteur....
Peter Winnen fietst nog heel regelmatig, maar vooral met mooi weer. "Iedere duursporter krijgt op een gegeven moment van het lichaam een seintje, dat je weer moet gaan bewegen. Stilzitten voelt niet prettig." Ik kan me goed vinden in deze omschrijving. Het zal de endorfine-kick wel zijn.
Om in de wintermaanden toch in beweging te blijven, schaatst Winnen 2 of 3 keer in de week, net als die andere allround-sportman uit Ysselsteyn, mijn trainingsmaat Jos Drabbels.
En toen was daar ineens de verrassende finale. Mijn collega Monique Kromhout zegt altijd, dat ze totaal geen affiniteit heeft met sport, en dat bleek. Om 10 uur precies, terwijl Peter Winnen midden in een verhaal zat met het publiek aan zijn lippen, kwam ze met een bos bloemen aanzetten en was de zeer leuke en informatieve avond in één klap afgelopen. Het publiek was lichtelijk overdonderd.
Maar ach, dat hoort er bij. Een wielerwedstrijd heeft ook soms een zeer verrassende ontknoping. Al was het dit keer, alsof er spoorbomen dicht gingen op 3 kilometer voor de meet.

Geen opmerkingen: