woensdag 2 september 2009

Alternatieve Weissensee

In de loop der jaren ben ik diverse keren op de Oostvaardersplassen wezen schaatsen. Een prachtig natuurgebied, waar altijd redelijk snel geschaatst kan worden. Ik zal niet alle tochten op dit weblog plaatsen, maar wel die van een mooie winterse dag aan het begin van dit millennium.
Op 17 januari 2001 was het eindelijk zo ver. Na 4 jaar zonder natuurijs zouden we in de Flevopolders een tocht gaan schaatsen op de Oostvaardersplassen. Om 10 uur vertrokken we bij de IJshal met 6 personen: Jos Drabbels met Ben, een collega van hem, Frits van Huis, Fré Kreuger, Wil Verbeij en ondergetekende. Thijs Smit en Eelke van den Ouweleelen hadden het ijs de dag ervoor al getest: het was mooi ijs, maar niet overal betrouwbaar, hetgeen Eelke met een nat pak moest bekopen.
Bij Lelystad liet Fré haar literaire talent naar voren komen, dat ze heeft meegekregen van haar vader, de schrijver F.H. Kreuger. Deze schreef o.a. "Onder hoogspanning", "De Nachtwacht op avontuur", "Il Cannone" en "De restauratie", zeer leuke schelmenromans.
Lezen, mensen!
Fré repte van "Onze alternatieve Weissensee", en zo voelde het ook een beetje. Op het spiegelgladde ijs reden we met zijn zessen over plekken, waar anderen al geschaatst hadden en die dus redelijk betrouwbaar waren. Wie achter de 2 meter lange Wil Verbeij aanreed wist zeker, dat het ijs daar te vertrouwen was.
Het was ideaal schaatsweer: zonnetje, windstil en een temperatuur van 2 graden onder nul.

We genoten volop van de prachtige natuur, terwijl we de eerste ronde van 20 km maakten. Na een kilometer of 5 kwamen we Sjaak Stuijt tegen, die met ons op zou rijden. De eerste ronde ging in een rustig tempo, daar we eerst wilden verkennen, waar veilig gereden kon worden. Diverse stukken bleken dood te lopen in de rietlanden of in open water van 20 tot 40 cm diep, zodat we veelvuldig terug op de heenweg moesten.
De tweede ronde ging de gashendel open. Het tempo lag hoog. Aan de bovenbenen kon ik voelen, dat er een verschil is tussen de 6 uur 36 van Sjaak Stuijt, de 7 uur 12 van Frits van Huis en mijn eigen 10 uur 25 op de 200 km. Maar van een beetje afzien word je nooit slechter, dus harken en bijblijven zo goed en zo kwaad als het ging.
Na de tweede ronde moest Sjaak Zoeterwoude weer gaan besturen, zodat we met Frits als gangmaker aan een net zo snelle derde lus door de rietlanden begonnen.
Om half 4 verlieten we het natuurijs met een moe, maar voldaan gevoel: hiervoor train je immers al die jaren. Ik kan iedere lezer van harte de reis naar de Oostvaardersplassen aanbevelen voor de Alternatieve Weissensee.


Geen opmerkingen: